Welbevinden
Binnen de Hoeksteen staat het welbevinden van alle betrokkenen centraal. Onze leerlingen maar ook hun ouder(s) of verzorgers en al onze medewerkers en vrijwilligers moeten zich veilig, prettig, gehoord en gezien voelen binnen en rond onze schoolgebouwen. Wij vinden dit een vereiste voor een optimale sociaal/emotionele en cognitieve ontwikkeling van uw kind.
Ons team werkt met de methodiek van PAD. (hieronder uitgebreide informatie)
PAD staat voor ‘Programma Alternatieve Denkstrategieën’. Om kinderen en ouders uit te leggen wat dat betekent, vertalen scholen het ook vaak met ‘Proberen Anders te Denken’. Het PAD-leerplan is ontwikkeld om de sociaal-emotionele ontwikkeling van kinderen tussen de vier en twaalf jaar te stimuleren. Docenten kunnen met het PAD-leerplan op professionele wijze werken aan de sociale en emotionele competenties van hun leerlingen. PAD is in die zin een preventief programma.
Doel
Het PAD-leerplan heeft twee hoofddoelstellingen:
- Het bevorderen van de zelfkennis en de sociale vaardigheid van de leerlingen: leerlingen krijgen inzicht in de manier waarop hun emoties invloed hebben op hun eigen functioneren. Daardoor worden ze vaardiger in het omgaan met anderen.
- Het bevorderen van onderwijskundige en opvoedkundige processen in de groep.
Pijler 1: Zelfbeeld
In de PAD-visie is elk kind uniek. Door middel van het systeem ‘kind-van-de-dag ’ komt elk kind uit de groep een keer aan de beurt om gedurende een dag in het middelpunt van positieve belangstelling te staan. De leerkracht en de klasgenootjes zijn die dag heel alert op de positieve kwaliteiten van het “PAD-kind” en vertalen dit in complimentjes. Ook wordt het kind gestimuleerd om zichzelf te complimenteren.
Pijler 2: Zelfcontrole
Sommige leerlingen komen voortdurend in de problemen doordat ze te impulsief reageren. Dat impulsieve gedrag kan zich uiten in bijvoorbeeld eerst iemand slaan en achteraf bedenken dat je het eigenlijk niet had moeten doen.
Met behulp van een verhaal over een schildpadje dat door zijn impulsieve manier van handelen regelmatig in de problemen geraakt, wordt de leerlingen duidelijk gemaakt dat er in probleemsituaties een ‘nadenkmoment’ is. Met kinderen wordt besproken hoe je met die heftige emoties om kunt gaan.
Pijler 3: Emoties
In PAD ligt veel nadruk op het inschatten van je eigen emoties en die van de ander. Kinderen leren dat emoties belangrijke signalen zijn. Die informatie moet je niet negeren, want het helpt je om grip te krijgen op de situatie. Tevens leren kinderen dat gedrag en emoties bij elkaar horen, maar wel twee verschillende dingen zijn. Je boos voelen is in orde, maar de manier waarop je dit uit (boos zijn), moet je goed overdenken.
Pijler 4: Probleemoplossen
Het zal voor de leerlingen steeds duidelijker worden dat zij meer en meer verantwoordelijk zullen gaan worden voor de keuzen die zij maken. Stel dat je niet mee mag doen met een spelletje voetbal. Is de oplossing dan huilend weglopen, woedend de pionnen omschoppen of probeer je bijvoorbeeld te onderhandelen? In dit deel van het leerplan wordt uitgebreid ingegaan op de gedragsalternatieven bij een probleem en op de mogelijke gevolgen van je keuze.